De doelgroep bestaat uit gezinnen met een pasgeboren kind, die risico lopen op ernstige opvoedingsproblemen, waaronder kindermishandeling. De interventie vindt plaats op vrijwillige basis. Er wordt echter wel een overeenkomst afgesloten met ouders omtrent de uitvoering van de interventie. In principe worden 6 huisbezoeken afgelegd. Deze zijn oorspronkelijk gepland op de kinderleeftijd van 6 weken, 3, 6, 9, 12 en 18 maanden. Rond 15 maanden staat een telefonisch consult gepland. De huisbezoeken duren per keer ca. 90 minuten. De methoden die gebruikt worden tijdens de interventie zijn voornamelijk gespreksvoering, (gezondheids-) voorlichting, (pedagogische) advisering en positieve bekrachtiging. Opvoedingsvraagstukken worden mede benaderd door het samen observeren van het gedrag van het kind en het voordoen en nadoen van bijvoorbeeld bepaalde interactiepatronen waardoor een positieve ouderbeleving kan worden ervaren. Waar nodig worden concrete afspraken gemaakt met ouders om bepaalde gedragingen van het kind of zichzelf gedurende een korte periode te monitoren en hiervan aantekeningen te maken, welke bij een volgend bezoek besproken kunnen worden. Hiervoor wordt gebruik gemaakt van een opschrijfboekje dat bij het eerste huisbezoek aan ouders wordt overhandigd. Een belangrijk uitgangspunt van de interventie is dat alleen al het bieden van werkelijke aandacht in combinatie met voldoende tijd een grote impact heeft en tot belangrijke veranderingen kan leiden.
Toegankelijkheid
Selectie vindt plaats door middel van een schriftelijke vragenlijst die ca. 5 dagen na de geboorte wordt toegestuurd. Tijdens het kennismakingsgesprek/de intake rond de 10e dag neemt de verpleegkundige van de GGD/JGZ de lijst mee. Een andere selectiemogelijkheid is door indicatie van het JGZ team zelf of op aangeven van een andere beroepskracht. Deze laatste kan een melding doen via de Jeugdverpleegkundige van de GGD/JGZ.