Als onderdeel van de ontdekochtenden voor dreumesen kunnen ouders en kinderen op de peuterspeelzaal in de buurt kennis maken verschillende spel- en ontwikkelingsmaterialen. Ouders krijgen tijdens deze ochtenden nieuwe sociale contacten, kunnen ervaringen uitwisselen en doen ideeën op over hoe ze met hun kind kunnen spelen. Ze leren wat verantwoord speelgoed is, krijgen inzicht in het gedrag van hun kind en kunnen creatief bezig zijn. De peuterspeelzalen stellen ouders aansluitend in de gelegenheid om ontwikkelingsmaterialen te lenen.

Kenmerkend voor deze doelgroep is dat deze jongeren (mee)zorgen voor een naaste en/of zich zorgen maken over een naaste en/of zelf (soms) aandacht en/of zorg tekort komen. Als jongeren langere tijd mantelzorg verlenen, kan dat verschillende negatieve gevolgen hebben: 
- opgroei- en opvoedproblemen door te veel verantwoordelijkheid en te weinig tijd voor de eigen ontwikkeling; 
- lichamelijke en emotionele klachten zoals stress en vermoeidheid; belemmering in hun opleiding en/of sociale contacten; 

De cliëntondersteuner behartigt de belangen van de cliënt. Het gaat bijvoorbeeld om hulp bij: een gesprek met de gemeente; een (voor)onderzoek voor Wmo-of Jeugdondersteuning; een aanvraag voor een maatwerkvoorziening; afspraken met zorgaanbieders als u een maatwerkvoorziening heeft. De ondersteuning is gratis. De gemeente betaalt de cliëntondersteuning, maar deze persoon is wel onafhankelijk van de gemeente.

Daar zitten mensen die zijn opgeleid om goed naar u te luisteren en te helpen bij het zoeken naar oplossingen voor uw problemen. Vaak is het heel verhelderend even met een buitenstaander over de moeilijkheden te praten. Samen kan dan gekeken worden naar mogelijke oplossingen. De buurtmaatschappelijk werkers bemiddelen als dat nodig is bij instanties en geven advies en informatie. De maatschappelijk werker is dus helper, adviseur en wegwijzer. Soms is één gesprek al voldoende, soms niet. Ze nemen in elk geval alle tijd. De hulpverlening is gratis.

Ze biedt financiële hulp en begeleiding bij de (voorbereiding op de) studie en ondersteunt hen bij het vinden van werk dat aansluit bij hun competenties. Om de begeleiding van hoogopgeleide vluchtelingen te intensiveren is het UAF in 2016 het project Refugees@campus gestart. Dit is een mentoringprogramma waarbij 500 vluchtelingstudenten gekoppeld worden aan Nederlandse studentmentoren. Deze studentmentoren gaan de vluchtelingen helpen bij het opbouwen van een toekomst in Nederland. Via e-matching worden de studenten aan elkaar gekoppeld.

De vooruitzichten op een (toekomstige) vaste baan voor jongeren vanaf 18 jaar zonder startkwalificatie (diploma van de havo, het vwo, het mbo niveau 2 of hoger) zijn niet gunstig. Meestal is er sprake van meer complexe omstandigheden waardoor deze jongeren zonder startkwalificatie zijn uitgevallen. Passende hulpverlening op het gebied van zorg, scholing en/of voorbereiding op werk in de vorm van een maatwerktraject heeft dan de meeste kans van slagen. 

De leerplichtambtenaar heeft vooral een preventieve taak. Verschillende factoren kunnen een rol spelen bij het ontstaan van schoolverzuim, voortijdig schoolverlaten en thuiszitters. Dit kunnen kenmerken op individueel niveau zijn, maar ook kenmerken van de omgeving – gezin en/of school. De leerplichtambtenaar is een spin in het web bij de aanpak van schoolverzuim, helpt jongeren, ouders en scholen bij het oplossen van problemen die een succesvolle schoolcarrière belemmeren, stimuleert jongeren een startkwalificatie te halen en biedt begeleiding en advies.

Jongeren bepalen zelf of ze meedoen en bij welke zaken ze begeleiding willen. Vaak gaat het erom dat de jongere meer zelfvertrouwen en sociale vaardigheden ontwikkelt. De coaching door de mentoren werkt vooral preventief: het kan helpen voorkomen dat kwetsbare jongeren afglijden. Maar KANS 050 kan ook worden ingezet als nazorg - na een periode van hulpverlening of ondersteuning door een professional. Het begeleidingstraject duurt een half jaar tot een jaar. Voor de volledigheid: mentoren zijn geen hulpverleners.

Voor de jongere is het OJC dé plek als hij of zij iets wil weten, of iets wil gaan ondernemen. Hoe eenvoudig of moeilijk de vraag ook is, in het OJC gaan de jongeren met elkaar op zoek naar de juiste personen, plekken en organisaties om een antwoord te vinden.

Toegankelijkheid 
Jongeren vinden het OJC in de Kwinne op woensdag, donderdag en vrijdag tussen 13.00-17.00 uur. Op donderdag ook van 18.00-21.00 uur. Meer informatie op www.welstad.nl

Pestweb: Plagen gebeurt vaak spontaan, het duurt niet lang en gebeurt niet dag in dag uit. De ene keer plaagt de één, de andere keer plaagt de ander. Plagen gebeurt zonder iemand pijn te willen doen en is daarom vaak leuk en grappig. Bij pesten is dat anders, daar ben je niet gelijk aan elkaar. De pester is vaak sterker of ouder en heeft een grote mond. Anderen kijken vaak tegen de pester op. Pesten gebeurt ook vaak in een groep en telkens is dezelfde persoon de klos. De pester wil pijn doen, vernielen of kwetsen. Pesten gebeurt vaker dan één keer, soms weken – of maandenlang.